U bent hier
Gemiste kans voor de liberale old boys club

Ik kreeg gisteren de vraag wat ik van het stoelincident met Ursula von der Leyen vond en of dergelijk gedrag ook in onze binnenlandse politieke context nog opduikt.
Anno 2021? Neen, en gelukkig maar. Een dergelijke vernedering zou ook terecht niet meer getolereerd worden.
Maar 15 jaar geleden was het bij mijn binnenkomst in de liberale fractie in het Vlaams parlement nog wel andere koek. De old boys club bekeek mij wat meewarig toen ik voor de “hardere” thema’s wilde gaan zoals economie, mobiliteit en havens. “Pakt gij maar jeugd als bevoegdheid meiske”, was de laatdunkende reactie. En dan zwijg ik nog over de privileges die sommige van die heren durfden te verwachten. Een ferme ‘neen’, ook aan wie hogerop de zogenaamde ladder stond, volstond in mijn geval. Niet janken maar doordoen is steeds mijn leidraad geweest.
Bij een bezoek aan de collega’s van de Nederlandse tweede kamer naar aanleiding van de onderhandelingen over de Scheldeverdieping werd het echter wel degelijk vilein. Als vrouw tijdens die vergadering de oude-mannen-vraag krijgen “ga jij maar eens wat kopietjes nemen?” Dergelijk macho gedrag zou anno 2021 niet meer aanvaard worden door een groep.
Vijftien jaar later zijn de mores geëvolueerd, een goede zaak uiteraard... Als vrouw krijg ik tegenwoordig evenveel kansen als de mannen in mijn omgeving, en ik kreeg het vertrouwen van mijn partij N-VA om schepen en voorzitter van de raad van bestuur van de tweede haven van Europa te worden. In een -minder en minder in de feiten maar nog steeds naar perceptie- toch bij uitstek mannenwereld. Ik word in mijn functie afgerekend op inzet, niet op vrouw-zijn. Ik kom veel en graag op de werkvloer. Zowel bij de patrons als bij de havenarbeiders. En dat helpt natuurlijk. Net als het feit dat ik als dochter van een scheepsagent de havenmicrobe met de paplepel ingegeven kreeg, en van kindsbeen af mee aan boord ging van de (toenmalige) zeereuzen (dat mocht toen nog).
En voor het overige is mijn devies vooral: niet klagen, niet zagen, keihard werken en vooral geen positieve discriminatie alstublieft. Vrouwen op merites beoordelen en kansen geven. Niet: vrouwen op posities zetten “omdat ze vrouw zijn”, want dat is enkel maar koren op de molen van al wie argumenten contra zou zoeken. En wie zou het in dat geval de blanke man van middelbare leeftijd dan ook kwalijk kunnen nemen...
De sofagate tot slot. Dat Erdogan misogyne trekjes heeft, zo ver waren we al. Ik ben dan ook vooral teleurgesteld in Charles Michel. Wat een gemiste kans! Hij had simpelweg een derde stoel kunnen vragen alvorens plaats te nemen. Met protocol heeft dit weinig te maken, wel met de evenwaardigheid van vrouw en man. Dat lijkt mij in de 21e eeuw toch niet meer teveel gevraagd, zelfs niet voor de liberale old boys club. ;-)