“Ik sta voor honderd procent achter de centralisatie, maar de weeffouten en kinderziektes moeten eruit,” zegt De Ridder. De evaluatie moet leiden tot een verbetertraject, dat nauw zal worden opgevolgd door Sport Vlaanderen.

Verbeterpunten: transparantie, communicatie en organisatie

Volgens de minister is het duidelijk dat er op een aantal cruciale punten bijsturing nodig is. Zo moet er meer transparantie komen over selectiecriteria, budgetten en beslissingen, zodat atleten en coaches altijd weten waar ze aan toe zijn.

Ook de communicatie moet beter verlopen, zowel bij de voorbereiding van stages en toernooien als in het contact met individuele atleten en hun entourage. Er moet ook gezocht worden naar een evenwicht tussen de centrale werking in Gent en de persoonlijke coaches, met meer samenwerking en wederzijds respect. “Onze atleten moeten in de best mogelijke omstandigheden kunnen presteren,” benadrukt De Ridder.

Positieve elementen versterken

Toch gaat het niet alleen over problemen. De minister wijst erop dat de centralisatieoefening ook al tot positieve resultaten heeft geleid.

De centralisatie van wetenschappelijke expertise en medische ondersteuning wordt breed gewaardeerd, net zoals de objectieve aanpak bij de relayteams en de aanstelling van een coördinator voor de langeafstandsnummers.

“Die elementen tonen aan dat er veel kwaliteit in huis is. Maar de federatie moet die sterktes koppelen aan een betere omkadering en communicatie. Zo kunnen we onze atleten nóg beter klaarstomen voor absolute topresultaten op EK’s, WK’s en Olympische Spelen”, aldus De Ridder.

Opvolging door Sport Vlaanderen

Atletiek Vlaanderen moet nu een concreet actieplan uitwerken, met duidelijke acties, een strakke timing en regelmatige rapportering. Sport Vlaanderen zal de uitvoering daarvan nauwgezet opvolgen.

“We hebben vertrouwen in het potentieel van Atletiek Vlaanderen en de inzet van vele coaches en begeleiders. Maar dat vertrouwen gaat samen met duidelijke verwachtingen. Dat is wat onze atleten verdienen, en dat is waar wij als Vlaamse overheid op toekijken”, besluit de minister.

Onderwerpen