Eindelijk structurele aanpak van onderhoud
Het plan, dat pas is goedgekeurd in de Vlaamse Regering, mikt op structurele verbeteringen in het hele mobiliteitssysteem. Een van de grootste accenten ligt op het inhalen van achterstallig onderhoud. “De toestand van wegen, bruggen en tunnels is jarenlang verwaarloosd. Dat gaan we nu rechtzetten”, zegt De Ridder. Tegelijk blijven investeringen in fietsinfrastructuur overeind. De jaarlijkse 300 miljoen euro blijft behouden en het fietsfonds voor provincies stijgt naar 25 miljoen.
Hefboomprojecten in elke provincie
De regering kiest bewust voor grote projecten met hefboomeffect, verspreid over Vlaanderen. In Limburg wordt volop ingezet op de Noord-Zuidverbinding, in Oost-Vlaanderen op de oostelijke tangent in Sint-Niklaas en Gentspoort, in West-Vlaanderen op de uitbreiding van de sluis in Zeebrugge. Ook Vlaams-Brabant krijgt middelen voor onder meer de Ring rond Brussel en de luchthaventrambaan. In Antwerpen blijven de grote Oosterweelwerken centraal staan, net als de uitbreiding van de containercapaciteit in de haven.
Opvallend is ook de fietsbrug over de Schelde, een dossier dat de afgelopen jaren regelmatig ophef veroorzaakte. “Dat is geen prestigeproject”, benadrukt De Ridder. “Het is het sluitstuk van het akkoord met de Antwerpse burgerbewegingen in 2017. De brug maakt de ring rond voor fietsers en wandelaars en wordt gefinancierd vanuit een apart leefbaarheidsfonds van 1,2 miljard euro.”
Verkeersveiligheid en modal shift blijven prioriteit
Naast infrastructuur focust het plan ook op verkeersveiligheid, onderhoud van waterwegen en de modal shift. Tegen 2040 moet 30 procent van de verplaatsingen met de fiets gebeuren. Een nieuw masterplan fiets is in de maak en ook de aanpak van zwarte verkeerspunten blijft bovenaan de agenda.
